Therapie voor Selectief Mutisme

Stap 16     School-Samen

Doel

 

Werkwijze en activiteiten

 
Als uw leerling al eens met u sprak of fluisterde, dan begint Fase 3 meestal bij deze stap. Als dat niet zo was, heeft uw leerling in de vorige stappen geoefend met u in de buurt. In deze stap komt u erbij en speelt u met uw leerling en de therapeut een spelletje. Als stap 14-15 geoefend zijn, volgt stap 16 meestal spelenderwijs en wordt haast ongemerkt genomen.

Oefening

De therapeut zal een spelletje voorbereiden met uw leerling en helpen een dappere gedachte te kiezen. Dan halen ze u erbij. Er wordt bij deze stappen gekozen voor leuke maar eenvoudige spelletjes, waarin bijvoorbeeld alleen losse woordjes gezegd moeten worden.
Voor sommige kinderen is het prettig als het spelletjes zijn met veel structuur, zoals gezelschapsspelletjes of lestaken aan tafel (letters lezen, tellen). Kies voor lestaken die de leerling makkelijk kan, zodat faalangst geen rol speelt. Voor andere kinderen is het prettig om in de ruimte te bewegen, zoals bijvoorbeeld met kegelen. Daarbij is minder oogcontact nodig en kan al spelend meer of minder afstand van elkaar worden genomen.
Sommige kinderen fluisteren. Dat is geen probleem, maar u moet het kind wel kunnen verstaan. Hardop spreken oefenen we in volgende stappen.

Speel op een rustige manier mee met het spel. Stel liever geen extra vragen, maar maak een positieve opmerking of een grapje. Maak vooral plezier. Uw leerling verdient een muntje op een beloningskaart voor ieder woord, of een sticker voor het spelletje als geheel. Uw leerling kiest na afloop met u een mooie sticker uit.
 
 

Tips

Complimenten

Complimenteer uw leerling, maar liever niet te uitbundig of in bijzijn van klasgenootjes. Sommige kinderen worden daar ongemakkelijk van. Praat niet teveel over praten, maar geef complimentjes over dingen die uw leerling durfde en deed.

Gedrag in de klas

Laat weten hoe leuk u het vindt dat uw leerling nu iets durft te vertellen, maar dat u weet dat hij dat in de klas misschien nog niet durft. De leerkracht van Sanne verwoordde het zo:

“Leuk Sanne om dit spel met je te spelen. Zullen we het nog een keer doen deze week? Ik vind het heel dapper dat je alle plaatjes durfde te zeggen. Als we nou straks in de klas komen, dan weet ik niet of je me al iets durft te vertellen. Als je iets wil, mag je natuurlijk altijd naar me toe komen en het zeggen. Maar als je dat nog niet durft is dat helemaal niet erg. We hebben ook nog niet in de klas geoefend. Dat komt later wel. Dan wijs je het in de klas gewoon aan en spelen we spelletjes met woorden alleen nog in deze kamer. OK?”

Nogmaals oefenen zonder therapeut

Misschien gaat u gedurende de week nogmaals oefenen met uw leerling in de ruimte buiten de klas. Kondig het dan van tevoren aan. Veel angstige kinderen vinden het prettig als ze weten waar ze aan toe zijn. Neem de beloningskaart en muntjes mee en speel hetzelfde spelletje. Houd het oefenen kort (niet meer dan 5-10 minuten) en de verbale eisen laag. Spreek bijvoorbeeld af dat er vier woordjes verstaanbaar gefluisterd moeten worden voor een sticker. Meer woordjes mag natuurlijk. Maak vooral plezier.

Lukt het niet?

Schrik niet als het niet direct lukt. De meeste kinderen zetten deze stap zonder problemen voort, maar niet allemaal. Blijf niet lang proberen, maar stop het oefenen na 5 minuten om faalervaringen te voorkomen. Reageer luchtig en geruststellend:

“Goed geprobeerd. Vandaag lukt het nog niet. Dat is jammer, maar helemaal niet erg. Nieuwe dingen lukken niet altijd in één keer. Soms moet je het een paar keer oefenen. We gaan nu even stoppen, want misschien heb ik het een beetje te moeilijk gemaakt. Dat is niet de bedoeling. Ik moet even nadenken over een tussenstapje. Als ik iets bedacht heb om het wat makkelijker te maken, dan gaan we het nog een keertje doen. Dan lukt het straks wel.”

Overleg via het portaal met ouders en therapeut. Soms vertelt een kind thuis waar het bang voor was en kunnen ouders helpen met het uit de weg ruimen van obstakels. Soms moet de therapeut nog eens komen meedoen of kunt u samen een tussenstapje bedenken.