Dapper gedrag wordt beloond met behulp van een token economy systeem. Het voordeel van dit systeem is dat er heel direct beloond kan worden (zo nodig ieder woord), dat het makkelijk toepasbaar is in verschillende situaties, en dat er met behulp van tokens veel beloond kan worden zonder dat er verzadiging optreedt.
Ouders en leerkrachten hebben nogal eens hun vraagtekens bij een beloningssysteem. Voor sommigen voelt het als omkoping, anderen vinden het zielig voor de andere kinderen in de klas of in het gezin, en sommigen vinden het onnodig om te belonen voor iets wat zo normaal is als spreken. Soms maken mensen zich ook zorgen of ze er ooit weer vanaf komen. Goede uitleg over het belang en de functie van beloning, is belangrijk. Meer dan eens is voortgang van het programma gestagneerd omdat de beloning geleidelijk aan vergeten werd. In de informatie voor ouders en leerkrachten die u kunt bereiken via het portaal wordt uitleg gegeven over beloning.
Bij spannende opdrachten is het belangrijk om direct en veel te kunnen belonen. Vooral in het begin van de Fases 1, 2 en 3, wanneer ieder woordje of geluid nog een grote overwinning is, kan er gebruik gemaakt worden van munten (bijvoorbeeld speelgoed-geld of fiches), die direct worden gegeven en in de schatkist worden gestopt. De schatkist is afgebeeld op een werkblad dat u kunt downloaden in het portaal. De schatkistkaart wordt gebruikt voor één spelletje of oefening. Als alle muntjes zijn neergelegd, mag het kind de kaart leegmaken en een sticker op zijn stickerblad plakken. Een nieuwe serie muntjes kan met een nieuwe oefening verdiend worden. In plaats van munten kunnen ook kraaltjes gebruikt worden om een ketting van te maken, schakeltjes voor een armbandje, smarties, krullen op een kaart, of plaklettertjes die de naam van het kind vormen.
De muntjes zijn bedoeld voor hele directe beloning en worden telkens weer opgeruimd. Met stickers kan gespaard worden en zo wordt de voortgang over meerdere sessies zichtbaar. Stickers zijn geschikt voor spelletjes die niet (meer) woord-voor-woord beloond hoeven worden, of om een volle kaart met muntjes te bekrachtigen. Zorg voor een voorraad leuke stickers om uit te kiezen. Stickerkaarten zijn te downloaden in het portaal. Voor de afwisseling kan ook gewerkt worden met voetbalplaatjes of stukjes van een puzzel. Spaar bijvoorbeeld eens voor een ijsje: knip een plaatje van een ijsje in een paar stukken. Als alle stukjes verdiend zijn ga je samen een ijsje eten.
Kinderen sparen graag. Maar sparen is niet alleen leuk, het is ook belangrijk voor een groeiend zelfvertrouwen. Het zien toenemen van het aantal stickers en volle stickerkaarten maakt dat kinderen hun voortgang goed zien. Elke volle stickerkaart wordt afgesloten met een kleine beloning. In het begin is een materiële beloning stimulerend. Zorg voor een doos met kleinigheidjes waaruit het kind iets mag kiezen of spreek met ouders een kleinigheidje af om voor te sparen. Let op dat het klein blijft: sparen voor grote of dure dingen kan averechts werken (zie ook uitleg aan ouders). Daarna zijn ook sociale beloningen met ouders stimulerend: naar de speeltuin of zwemmen, DVD-tje kijken, samen iets lekkers koken, enz. Ook dit moet klein blijven om effectief te zijn.
Wanneer het kind op school gaat oefenen, wordt het beloningsprogramma voortgezet. Zodra er andere kinderen mee gaan doen, is belonen met munten ongeschikt. Dan wordt er gezocht naar een beloning die aan alle deelnemende kinderen gegeven kan worden (iedereen die het spel mee durfde doen krijgt een stickertje) of de leerkracht vult na afloop met het kind de eigen stickerkaart of krullenkaart in.
Li Mei was toe aan stap 5. Om weer even in te komen, speelde ze eerst met haar moeder het spelletje dat ze in de vorige sessie goed durfde. Dat lukte, maar kostte haar best moeite. Daarom mocht ze na afloop een sticker op haar stickerkaart plakken. Voor het exposure spelletje, werd van Li Mei verwacht dat ze 7 kaartjes zou benoemen, die verstaanbaar waren voor haar moeder, terwijl de therapeut in de hoek van de kamer zat. Voor ieder kaartje kreeg ze een munt. Trots legde Li Mei deze op de schatkistkaart.
De woordjes waren soms verstaanbaar voor de therapeut (stap 6). Bij het laatste kaartje liet de therapeut vanuit haar hoekje weten dat ze ook had gehoord wat er op het kaartje stond. Ze sprak uit hoe trots ze was op Li Mei en gaf haar daarvoor een extra muntje. Li Mei telde zachtjes haar muntjes en fluisterde tegen moeder dat ze er méér dan 7 had. Ze mocht weer een sticker op haar stickerkaart plakken.
De therapeut dacht dat de volgende stap nu ook wel haalbaar zou zijn. Ze speelden een quiz-spelletje. Voor ieder antwoord dat de therapeut verstond, kreeg Li Mei opnieuw een munt. Al snel zaten er weer 7 muntjes in haar schatkist en werd een derde sticker geplakt. Er waren nog maar 2 stickers nodig om haar stickerkaart vol te maken. Het vooruitzicht van mogen uitzoeken van een kleine verrassing bij een volle kaart, was een goede stimulans voor haar om in de volgende sessie twee spannende stappen achter elkaar te nemen.