Therapie voor Selectief Mutisme

Zelfvertrouwen

 
Zelfvertrouwen is wat anders dan een positief zelfbeeld. Zelfvertrouwen betekent dat je kan vertrouwen op jezelf. Je weet dat je het kan. Je weet dat je een probleem zelf kan oplossen.

Zelfvertrouwen

Zelfvertrouwen leer je door successen. Doordat je merkt dat je het zelf kan. Peuters zeggen bij alles: “Zelf doen”. Ze merken dat ze hun eigen jas aan kunnen trekken of zelf het licht uit kunnen doen. Dat is een machtig gevoel.

Veel of weinig zelfvertrouwen

In dit programma besteedden we veel aandacht aan zelfstandigheid: op je eigen stoel zitten, zelf iets geven. Dat is belangrijk om zelfvertrouwen te ontwikkelen. Kinderen kunnen natuurlijk rekenen op de hulp van hun ouders. Maar ze komen steeds meer probleempjes tegen die ze zelf moeten oplossen: vragen of je mee mag doen, tegen de juf zeggen dat je veter kapot is. Het is fijn als uw kind weet dat het zijn eigen probleempjes kan oplossen. Dan gaat uw kind met meer vertrouwen ergens naar toe.

Hoe krijg je zelfvertrouwen?

Zelfvertrouwen is een bouwwerk. Iedere keer dat je een succesje behaalt, komt er een steentje bij. Soms brokkelt er iets af: als iets mislukt. Als het bouwwerk stevig genoeg is, is het niet erg als er een steentje afbreekt. Als het bouwwerk klein is, stort het in elkaar als er een stukje afbrokkelt.

Hoe helpt u het zelfvertrouwen van uw kind te vergroten?

Door uw kind te helpen dingen zelf te doen. Behalve praktische dingen zoals zelf aankleden of fietsen, is het leren oplossen van probleempjes belangrijk. Heeft uw kind een probleem? Verzin dan niet een oplossing voor hem, maar vraag uw kind zelf een oplossing te verzinnen.

Een paar voorbeelden:

Het gaat om successen. Als uw kind oplossingen verzint die zeker geen succes worden, mag u gerust helpen. Vertel wat er mogelijk zou kunnen gebeuren. Dan kan uw kind zelf weer nadenken over een andere oplossing. Als het bouwwerk van zelfvertrouwen sterk genoeg is, kunnen kleine mislukkingen geen kwaad. Soms moet je zelf merken dat je niet de beste oplossing hebt gekozen. Help uw kind dan om daar mee om te gaan. Volgende keer beter.

Tenslotte doen kinderen zelfvertrouwen op als er vertrouwen in hen gesteld wordt. Bijvoorbeeld als ze mogen helpen bij stoere dingen, zoals helpen tanken, klussen, een dier verzorgen, koken.