Therapie voor Selectief Mutisme

Stap 24     Duo samenwerken

Doel

 

Werkwijze en activiteiten

 
Het is de bedoeling dat uw leerling samen met een klasgenootje een taak maakt of een spelletje speelt waarbij gesproken moet worden.

Oefenen

Kies een kind waarmee uw leerling al eerder goed heeft kunnen oefenen. Het kan een vriendje of vriendinnetje zijn of een kind waar uw leerling naast zit.

Voor kinderen uit groep 3 en hoger, is een leestaak meestal heel geschikt. Om beurten lezen is voor veel kinderen heel gewoon. Als kinderen niet goed kunnen lezen is dit minder geschikt, omdat faalangst dan een rol kan spelen. Kies dan een andere lestaak of een spelletje.

Spreek af dat de kinderen beurten nemen. U kunt er even bij blijven of de kinderen juist samen aan het werk laten gaan. Houd in de gaten of het lukt en breek anders de oefening af, om het andere kind niet te belasten met de taak om uw leerling aan het lezen te krijgen.

Laat uw leerling gedurende de week met een paar verschillende kinderen samenwerken of juist met één kind vaker. Kijk wat haalbaar is voor uw leerling. Plak een sticker op de stickerspaarkaart voor iedere geslaagde oefening. Als deze oefening makkelijk is voor uw leerling, kunt u ook een krullenkaart gebruiken en slechts één sticker plakken op de spaarkaart als de krullenkaart vol is.

Het is niet nodig dat uw leerling met alle klasgenootjes durft samen te werken of spelen. Eén of enkele is genoeg om deze stap af te sluiten.

Het Luiderslot

De quiz in het Luiderslot kan ook als oefenspel gespeeld worden. De ene leerling bedient dan de toetsen, loopt met het poppetje en beantwoordt de vragen. De andere leerling bedient de muis en klikt het gegeven antwoord aan. Daarna draaien ze de rollen om.

Overgang naar de volgende verdieping van het Luiderslot als:

Met welke stap ga je verder?

 

Tips

In of buiten de klas

U kunt het duo op de gang laten oefenen. Ga dan zelf niet mee maar kom hooguit even kijken of het lukt. Als alle kinderen in tweetallen werken kan het oefenen ook juist heel goed in de klas plaatsvinden. Het is dan een beetje rumoerig dus de stem van uw leerling valt niet op.

Blijf oefenen met het beantwoorden van vragen

Blijf intussen ook oefenen met het beantwoorden van Ja/Nee vragen of andere eenvoudige vragen. Loop geregeld langs de tafel van uw leerling en stel een vraag over zijn werk of spel. Vraag ook geregeld of uw leerling even naar u toe komt om iets te laten zien of voor instructie. Zo went uw leerling eraan te spreken in bijzijn van andere kinderen in de klas.