Het oefenen op school wordt afgesloten met het eindspel in de torenkamer. Dit spel wordt met de hele groep gespeeld. Lees hoe het eindspel wordt gespeeld bij de toelichting voor de leerkracht.
Veel kinderen zijn na stap 27 en 28 nog wel wat verlegen of stil in de groep. Toch is het zinvol om het oefenprogramma niet te rekken maar feestelijk af te sluiten. Hierdoor krijgt het kind een positieve boodschap in de groep. Dit kan een stevige opsteker zijn en het zelfvertrouwen ten goede komen.
We voorkomen hiermee ook dat het kind of de leerkracht geleidelijk aan hun motivatie verliezen, zodat het oefenen ongemerkt steeds verder op de achtergrond raakt. Dan gaat het programma als een nachtkaars uit en missen we de kans voor een sterke bekrachtiging van het behaalde succes.
Tijdens het eindspel staat het kind een beetje in het middelpunt van de belangstelling. Dat vinden kinderen met selectief mutisme eng. Het doel van het eindspel is om te genieten van het succes en het te vieren met de klasgenootjes die hebben meegespeeld. We moeten er dan ook voor zorgen dat het leuk en een beetje spannend is, maar niet te eng. Zie bij de toelichting voor leerkrachten voor suggesties.
Meestal hebben klasgenootjes meegedaan met het oefenprogramma en meegespeeld met het Luiderslot. In veel klassen is “nieuwe dingen durven” op de één of andere manier een thema geweest en besproken. In het verhaal “De torenkamer”, dat ter inleiding van het spel wordt voorgelezen in de klas, komt dit thema nog eens aan de orde.
Een goede voorbereiding is belangrijk om spanning te verlagen en te zorgen voor plezier in het spel. Help ouders en leerkracht om het kind voor te bereiden door te vertellen hoe het spel gespeeld wordt, wat er van het kind verwacht wordt en wanneer het gespeeld wordt.
Het eindspel kan meerdere keren gespeeld worden, dus u kunt het zelf eens uitproberen of het alvast spelen met het kind ter voorbereiding.
In een enkel geval zijn er redenen om het spel niet in de klas te spelen. Misschien is het kind net over naar een nieuwe klas die niet zo heeft meegeleefd en is het juist geen goed idee het oude thema weer op te rakelen. Misschien is de samenstelling van de klas niet ideaal, de eigen leerkracht niet beschikbaar of zou het teveel spanning en geen plezier oproepen bij het kind. In dat geval kan het spel op een andere manier gespeeld worden, bijvoorbeeld in een kleiner groepje op school (alleen een paar goede vriendjes), of in de therapie samen met ouders, broertjes of zusjes.