Onderzoek

Wat houdt het onderzoek in?

Een gezondheidszorgpsycholoog (GZ psycholoog) of kinderpsychiater zal samen met de ouder(s), de leerkracht en het kind zo goed mogelijk uitzoeken wat de mogelijke oorzaken van het niet spreken zijn. Meestal zal hij of zij dit doen door middel van een gesprek met de ouder(s) over de ontwikkeling van het kind, alles wat het kind heeft meegemaakt, het gedrag in verschillende situaties, het gezin en de dingen die al geprobeerd zijn om het kind te helpen. Er wordt ook onderzocht hoe het kind op school functioneert.

Verder is het belangrijk om te onderzoeken of er sprake is van selectief mutisme, of dat er iets anders aan de hand is. Bij de start van het onderzoek kan worden uitgesloten of er sprake is van een spraak-, of taalstoornis, een autisme spectrum stoornis of andere psychische stoornis. Aangepast op de uitkomst van het onderzoek wordt dan een behandelplan geschreven.

Spelenderwijs

De psycholoog of kinderpsychiater zal met het kind spelen om een beeld kan krijgen van de dingen die hij/zij graag doet, de manier waarop het kind contact maakt, wat het kind durft in zo’n nieuwe situatie en waar het plezier in heeft.

Sommige kinderen durven te spreken tijdens het onderzoek. Dat wil niet zeggen dat er geen sprake is van selectief mutisme. Integendeel, dat kenmerkt deze kinderen: in sommige situaties durven ze het wel en in andere situatie durven ze het niet. Het kan handig zijn om thuis een video-opname te maken, wanneer het kind zich helemaal op zijn gemak voelt. Vaak zal er onderzoek gedaan worden naar de vaardigheden van een kind, met behulp van een intelligentietest en een taaltest. Ook is het belangrijk om het gehoor van een kind te laten onderzoeken.